Omstaandersgedrag voor professionals
Wanneer je getuige bent van discriminerend, kwetsend of grensoverschrijdend gedrag van medebewoners of opvangmedewerkers naar een LGBTI+ bewoner of een bewoner met diverse SOGIESC, is jouw reactie als opvangmedewerker cruciaal.
Een passende reactie geeft het signaal aan medebewoners en medewerkers dat dergelijk gedrag niet aanvaard wordt, zonder te stigmatiseren. Je toont ook aan LGBTI+ bewoners en bewoners met diverse SOGIESC dat ze gesteund worden. Hieronder geven we een aantal manieren mee waarop je kan reageren. Afhankelijk van de situatie of jouw persoonlijkheid kan een bepaalde reactie meer of minder gepast zijn.

De principes van omstaandersgedrag
Reageren is belangrijk, maar kan op verschillende manieren. Het hoeft niet altijd een verbale reactie op de situatie zelf te zijn of een fysieke tussenkomst. De verschillende manieren waarop je kan reageren, noemen we de 5A’s, oftewel, de 5 principes van omstaandersgedrag:
- Anderen betrekken
Bij dit principe ga je versterking halen bij een andere collega of collega’s. Dit kan je bijvoorbeeld doen wanneer de situatie te onveilig voelt om het alleen aan te gaan of wanneer je een collega hebt die meer kennis van zaken heeft, die collega al een vertrouwensband heeft met de betrokken personen...
Zo kan je ook bijvoorbeeld de betrokken partijen makkelijker opsplitsen.
- Afleiding creëren
Bij afleiding creëren zorg je voor een verandering in onderwerp. Dat zal er onbewust voor zorgen dat de situatie (tijdelijk) ontmijnd wordt. Je kan bijvoorbeeld letterlijk een ander gesprek beginnen met (één van) de betrokken personen.
- Afzonderen
Bij dit principe ga je een van de betrokken partijen proberen afzonderen. Je kan dit doen door bijvoorbeeld een van onderstaande vragen te stellen:
“Ik wou nog iets met je bespreken. Kom je even mee?”
“Ik heb even je hulp nodig om (vul aan met wat relevant is in jullie centrum). Kom je helpen?”
- Aanspreken
Aanspreken is de meest directe reactie. Wanneer je dit principe toepast, ga je rechtstreeks op de situatie reageren. Je gaat enerzijds vragen aan de ene partij of ze oké zijn. Anderzijds ga je de andere partij aanspreken op hun gedrag. Dit kan makkelijker zijn, wanneer er nog een collega aanwezig is. Je hoeft dit niet alleen te doen.
- Aanwezig blijven
Bij dit laatste principe blijf je aanwezig om de situatie in het oog te houden en ga je pas wanneer de situatie voorbij is, inchecken bij de betrokken partijen om te horen wat er gebeurd is. Je kan op dat moment meteen aanbieden om even te praten over de situatie in een veilige ruimte, waar voldoende privacy is.
Het gesprek achteraf
Het is belangrijk dat er achteraf altijd een gesprek wordt gevoerd met de betrokken partijen, ongeacht welke reactie je koos op het moment zelf. Als voorbereiding op dit gesprek, zorg je er best voor dat je goed geïnformeerd bent over het beleid rond meldingen en sancties in het centrum. Op die manier kan je dit beleid consequent toepassen. Wanneer een melding nodig is, is het ook belangrijk duidelijk te maken dat het gaat om een LGBTI+ of SOGIESC gerelateerd incident.
Het gesprek zelf doe je in de eerste plaats individueel. Als uit dat gesprek blijkt dat een gesprek tussen de verschillende betrokken personen nodig is, plan je daarna een gezamenlijk gesprek in. Doe dit enkel wanneer de LGBTI+ persoon of persoon met diverse SOGIESC aangeeft daar nood aan te hebben. Verplicht niemand om een gezamenlijk gesprek aan te gaan. Voor de LGBTI+ bewoner of bewoner met diverse SOGIESC kan het namelijk erg onveilig zijn of aanvoelen om het gesprek te (moeten) aangaan met iemand die kwetsend of discriminerend gedrag vertoonde. Een belangrijk aandachtspunt is om tijdens dit gesprek niet aan victim blaming te doen. Iemands identiteit, expressie, ... zijn geen redenen om discriminerend of kwetsend gedrag mee te maken.
Geeft de LGBTI+ bewoner of de bewoner met diverse SOGIESC expliciet aan nood te hebben aan een gezamenlijk gesprek? Benoem dan aan het begin een aantal regels die de veilige ruimte zullen waarborgen. Denk bijvoorbeeld aan: “Laat elkaar uitspreken” of “Verwoord je zinnen op een respectvolle manier”. Ook hier let je erop dat er geen victim blaming gebeurt. Het is daarnaast belangrijk om in dit gesprek te focussen op een openlijke dialoog, waarbij bezorgdheden en gevoelens kunnen gedeeld worden, maar er ook duidelijke grenzen worden aangegeven over wat kan en niet kan, zowel in het centrum als in België.
Tips over hoe je gesprekken kan voeren over dit thema, vind je hier.