Een Westers denkkader?
Een Westers denkkader?
Wanneer we het hebben over gender- en seksuele diversiteit, wordt in Westerse samenlevingen vaak vertrokken vanuit een bepaald denkkader. Hierbinnen worden identiteit (hoe je jezelf benoemt), handelingen (wat je doet) en verlangens (wat je voelt of wenst) als sterk met elkaar verbonden gezien. Een voorbeeld: iemand die zichzelf identificeert als homo, voert handelingen uit die passen bij deze identiteit (bijvoorbeeld het aangaan van een relatie met iemand van hetzelfde geslacht) en heeft verlangens die dit ondersteunen (romantische en/of seksuele aantrekking tot hetzelfde geslacht).
Hoewel dit Westers denkkader logisch kan lijken, is het niet universeel toepasbaar. Wie buiten het denkkader treedt, kan stuiten op onbegrip of ongeloof. Bijvoorbeeld wanneer een man seks heeft met andere mannen zonder zich te identificeren als homo- of biseksueel, kan hij stuiten op sceptische of afwijzende reacties. Omdat het model uitgaat van labels en categorieën die mensen in ‘hokjes’ plaatst, wordt het door sommige personen als te rigide ervaren voor hun meer vloeibare ervaringen of gevoelens. Daarnaast zijn er mensen die bewust geen label willen gebruiken. Ze verzetten zich tegen de druk om zichzelf te definiëren in termen die door de samenleving werden opgelegd.
In veel niet-Westerse contexten worden identiteit, handelingen en verlangens op heel andere manieren begrepen of überhaupt niet als verbonden gezien. Zo zijn er culturen waarin seksuele handelingen tussen mensen van hetzelfde geslacht wel voorkomen en zelfs aanvaard worden, zonder dat deze worden gekoppeld aan een specifieke identiteit zoals "homo" of "lesbisch". Heel wat talen kennen zelfs geen woorden voor deze concepten. Daarnaast zijn er gemeenschappen waar homoseksuele handelingen niet worden gezien als een obstakel voor het vervullen van traditionele heteroseksuele rolpatronen, zoals het trouwen en het stichten van een gezin.


Er zijn ook culturen waar het hebben van bepaalde verlangens niet per se wordt afgekeurd, maar waar het als een teken van moraliteit wordt gezien om niet naar die verlangens te handelen. De nadruk ligt hier op morele controle en sociale harmonie. Dit betekent dat verlangens privé gehouden moeten worden en het publieke leven een sterke sociale norm volgt. Ook zijn er culturen waarbij de specifieke rol die iemand aanneemt tijdens seksuele handelingen (zogenaamd “actief” of “passief”) bepalend is voor iemands identiteit, waarbij meestal enkel de “passieve” partner geassocieerd wordt met homoseksualiteit.
Tenslotte zijn er gemeenschappen waarin genderidentiteit en genderexpressie anders worden geïnterpreteerd dan in het Westen. Een voorbeeld is de Fa'afafine in Samoa, een derde-gender categorie die traditioneel wordt geaccepteerd binnen de gemeenschap. Fa'afafine personen vervullen vaak zowel mannelijke als vrouwelijke rollen, zonder dat dit per se als afwijkend wordt gezien. Toch is hun bestaan niet direct vergelijkbaar met Westerse transgender identiteiten.
Als opvangmedewerker in de asielopvang of als medewerker bij andere asielinstanties werk je met mensen uit diverse etnisch-culturele en religieuze gemeenschappen. Het is belangrijk om te beseffen dat het Westers referentiekader rond gender en seksualiteit niet noodzakelijk aansluit bij hoe personen zichzelf begrijpen en uiten. Dit kan gevolgen hebben voor de manier waarop zij hun persoonlijke ervaringen delen. Dit betekent niet dat deze persoon minder geloofwaardig is; het betekent dat hun verhaal vanuit een andere culturele logica verteld wordt.
Tip: Hoe kan je loskomen van je Westers denkkader?
- Wees je bewust van je eigen denkkader: Reflecteer over hoe jouw culturele achtergrond je denken beïnvloedt. Begrijp dat wat voor jou vanzelfsprekend lijkt, niet universeel is. Laat het idee los dat het Westerse model de ‘standaard’ of de meest ‘ontwikkelde’ manier is om gender en seksualiteit te begrijpen. Zie het in plaats daarvan als één van de vele mogelijke perspectieven.
- Ontkoppel identiteit, handelingen en verlangens: Probeer de verbanden die in het Westen vanzelfsprekend lijken los te laten.
- Luister zonder te labelen: Laat bewoners in hun eigen woorden vertellen. Het kan nuttig zijn om te vragen naar hoe zij hun ervaringen of gevoelens zelf begrijpen, zonder meteen een identiteit toe te schrijven. Vermijd suggestieve vragen die jouw veronderstellingen weerspiegelen. Meer tips rond gesprekstechnieken vind je hier.
- Neem de taal- en woordkeuzes die iemand maakt om zichzelf mee te omschrijven over. Zo beperk je de kans op misverstanden of foute veronderstellingen. Respecteer ook iemands recht om zichzelf niet te definiëren.
- Leer over andere perspectieven: Verdiep je in verschillende culturele benaderingen van gender en seksualiteit.